zondag 30 oktober 2016

HAAI. HOE EN WAT?


EEN VIS MET EEN BEK VOL TANDEN.





HAAI.

De haai is een vis met uitwendige kieuwspleten; een geraamte van kraakbeen; een huid met beenplaatjes, vaak van tandjes voorzien en ruw; en heeft een bek aan de onderzijde van de kop.
De meeste haaien soorten hebben sterk ontwikkelde tanden die in dwarsrijen achter elkaar staan; naarmate de voorste rijen, die rechtop staan, afslijten of breken worden ze vervangen door de achterste, die oorspronkelijk plat lagen.


De kop eindigt bij de meeste haaien in een spitse snuit. Haaien hebben een taai leven; een afgesneden kop kan nog na uren gevaarlijk bijten.
De darm is kort; hierin loopt een spiraalvormige lijst waarlangs het voedsel geleid wordt.
De achterste gedeelten van de buikvinnen van de mannetjes zijn hulporganen bij de paring; de bevruchting is inwendig. De eieren zijn omgeven door een hoornachtige schaal. Bij een aantal soorten komen de jongen levend ter wereld. Het vlees van vele soorten is eetbaar; het moet echter vers genuttigd worden, daar het spoedig een ammoniaklucht ontwikkelt. De lever is bij veel soorten groot (10-15%) van het lichaamsgewicht en bevat tot 50% traan die rijk is aan vitamine A, maar arm aan vitamine D.
De huid van sommige soorten werd vroeger als schuurmiddel gebruikt. Er zijn nog ongeveer 150 haaien soorten, meest in de subtropische en tropische gebieden.
Haaien zijn bloeddorstige dieren en ruiken bloed in het water op grote afstand. Zij schrikken er niet voor terug grotere vissen en mensen aan te vallen. Een haaien beet ziet er door de vele tanden uit als een scheur en zal als men de aanval overleefd nooit mooi genezen.
Vroeger, vooral in het mesozoïcum, het op één na jongste hoofdtijdperk van de geologische tijdschaal, hebben zij een veel grotere rol gespeeld; er kwamen toen soorten van meer dan 25 meter lengte voor.


HAAIEN SOORTEN.

1 - DOORNHAAI.
2 - IJSHAAI OF GROENLANDSE HAAI.
3 - VOSHAAI.
4 - NEUSHAAI OF HARINGHAAI.
5 - REUZENHAAI.
6 - GROTE BLAUWE HAAI.
7 - RUWE OF GRIJZE HAAI.
8 - GEVLEKTE HONDSHAAI OF TIJGERHAAI.
9 - HAMERHAAI.






(1) DOORNHAAI.

De Doornhaai of de Squalus acanthias, heeft een gifdoorn aan het begin van elk van de beide rugvinnen. De lengte is 1 meter.
Deze haai komt aan beide zijden van de Atlantische Oceaan voor, in de Middellandse Zee en in een deel van de Stille Oceaan.
In de Noordzee is hij de meest voorkomende haai. Het vlees is smakelijk; om het karakter van haai weg te nemen wordt hij gevild, de buiklappen worden afgesneden en de rest lijkt iets op aal.
Hij komt dan ook voor dat hij als zeeaal verkocht wordt, hetgeen echter verboden is.
Deze haai wordt ook veel door sportvissers gevangen.

(2) IJSHAAI OF GROENLANDSE HAAI.

IJshaai of Groenlandse haai, de Somniosus microcephalus, is van donkere kleur en heeft kleine vinnen. De lengte kan ruim 6 meter zijn.
Deze haai bewoont de arctische wateren tot in de Noordzee, meestal op meer dan 200 meter diepte.
Vooral vroeger werd er veel jacht op gemaakt met hoekwant, wegens de lever die veel traan bevat.



(3) VOSHAAI.

De Voshaai of  Alopias vulpes, heeft een buitengewoon lange boventak van de staartvin; ook de borstvinnen zijn zeer groot. De vis heeft een lengte van 5 meter.
Komt voor in de Middellandse Zee en de Atlantische Oceaan. Vrij zelden komt deze voor in de Noordzee.







(4) NEUSHAAI.

De Neushaai of Isurus cornubicus wordt ook wel de haringhaai genoemd. Deze haai heeft een hoge rug met grote voorste rugvin en dunne staartsteel. Ze heeft een lengte van 3,5 meter en een gewicht van 180 kilogram.
Het is de meest voorkomende grote haai in de Noordzee.
Evenals de ruw haai is hij schadelijk voor de visserij. Het is de belangrijkste grote haai voor de sportvisserij in de Noordzee.
Het vlees is zeer smakelijk.

(5) REUZENHAAI.

De Reuzenhaai of Cetorhinus maximus.
De kieuwspleten lopen over de gehele zijden van het lichaam. Deze haai voedt zich met plankton en heeft een lengte van 9 meter.
Komt voor in de noordelijke delen van de Atlantische Oceaan en de Stille Oceaan bij gematigde temperatuur.
Ze verschijnen soms in scholen van 50 tot 100 stuks voor de kusten van Groot-Brittannië, Ierland en Noorwegen.
Men noemt ze ook wel ´basking sharks´, omdat ze een groot deel van hun leven door brengen door zich juist onder het zeeoppervlak te laten drijven of traag voort zwemmen. Het vlees van deze soort is van goede kwaliteit.

(6) BLAUWE HAAI.

De Blauwe haai of Carcharias glaucus heeft de voorste rugvin dichter bij de buik- dan bij de borstvinnen. De bovenste staartvin is sikkelvormig, de rug is blauw van kleur en de lengte zo'n 4 meter.
Het wijfje brengt levende jongen voort die 60 cm lang zijn.
Deze soort komt voor in alle tropische en subtropische wateren, tot aan de Britse eilanden, maar zelden in de Noordzee.
Het is een zeer gewaardeerde vis voor de sportvisserij, maar het vlees is waardeloos. Deze en aanverwante soorten vallen mensen aan.


(7) RUWE HAAI.

De Ruwe haai of Eugaleus galeus lijkt in lichaamsbouw op de Blauwe haai; de voorste rugvin staat echter dichter bij de borst- dan bij de buikvinnen. Deze kan een lengte hebben tot 2 meter.
Komt in de gehele Atlantische Oceaan voor van Kaapstad tot de Noordzee.
De Ruwe haai is schadelijk voor de visserij door het vernielen van netten of het roven van vis uit de netten of vislijnen. Het is echter een geliefde vis in de hengelsport.

(8) HONDSHAAI.

De Hondshaai of Scylliorhinus canicula wordt ook wel de Tijgerhaai genoemd. 
De voorste rugvin begint tussen de buikvinnen en de aarsvin; rug en zijden zijn gelig gekleurd met donkere vlekken. De lengte van de vis ligt beneden de 1 meter.
De van een hoornachtige schaal voorziene eieren worden aan allerlei voorwerpen vastgehecht.
Deze haai komt voor in de Middellandse Zee en langs de zuidwestelijke kusten van Europa tot in het Kanaal, waar hij soms zeer talrijk is. In de Noordzee komt deze haai voor in de zomer.
Het vlees van deze haai is van geringe waarde.

(9) HAMERHAAI.

De Hamerhaai of Sphyrna zygaena dankt zijn naam aan de vorm van de kop.
De kop heeft aan weerszijden uitgroeisels aan het waarvan de ogen staan. De lengte van deze haai kan 5,5 meter bedragen.
Hij komt voor in de tropische en subtropische delen van de Atlantische Oceaan tot aan de Britse eilanden. De grotere soorten vallen ook mensen aan.
Ze worden ook wel hammervis genoemd.




(10) TOONHAAI.

De Toonhaai of Mustelus mustelus is kenbaar aan het gebit dat bestaat uit afgeplatte tanden die als een mozaïek naast elkaar staan.
Hiermee kraakt hij schelp- en schaaldieren.
De lengte is rond de 1,5 meter en hij komt voor in de Middellandse Zee en de Atlantische Oceaan tot de Shetland Eilanden.




(11) WALVISHAAI.

De Walvishaai of de Rhincodon typus is verwant aan de Reuzenhaai en leeft in tropische wateren.
Dit soort kan tussen de 8 en 20 meter lang worden en weegt 15 ton.
Vrouwtjes zijn groter dan de mannetjes. De vis heeft aan iedere zijde 5 kieuwopeningen.
In de bek liggen op de voorste rij 300 kleine tanden en in totaal heeft het dier 3000 tanden.
Deze soort leeft ook van plankton.
De Walvishaai kan een leeftijd bereiken van 80 tot 110 jaar.




Geen opmerkingen:

Een reactie posten