zondag 29 juli 2012

C-KLASSE NIEUWBOUW SHELL TANKERS BV. (DEEL 5)

C-KLASSE NIEUWBOUW

SHELL TANKERS. B.V. (5)




HET PLAATSEN VAN DE SULZER-HOOFDMOTOR.




( De nog lege motorfundatie in de machinekamer waarop de hoofdmotor geplaatst moet worden.)


             ( De 5 cilinder RLB 66 Sulzermotor boven het gat in de machinekamer top.)




                                            ( Langzaam zakt de motor de machinekamer in.)




( Het duurde even, maar uiteindelijk staat de hoofdmotor op haar fundatie in de machinekamer.)




( Het dek met de drie motorgeneratoren voor de stroomvoorziening nog in de open lucht.)


Alle wanden en dekken staan in de machinekamer nog in de rode-menie. De wanden worden later wit geschilderd en de dekken donker groen. De overige werktuigen in een licht groene kleur en de leidingen in de code-kleur afhankelijk wat er doorheen stroomt.










C-KLASSE NIEUWBOUW SHELL-TANKERS BV. (DEEL 4)



C-KLASSE NIEUWBOUW

SHELL TANKERS B.V. (4)




Na in het begin van deze afbouw periode op de RSV-werf verscheidene afbeeldingen van de bouw van de scheepsrompen, de doop en de tewaterlating van RSV te hebben verkregen, kreeg ik volledige toestemming om foto's te maken tijdens de gehele afbouw van beide schepen te IJsselmonde en te Botlek. Ik zou dan de werf ook afbeeldingen geven voor hun eigen gebruik.

Terwijl de afbouw van de 'CAURICA' tegen het eind stadium begon aan te lopen, moest alvorens de opbouw op de 'CARDISSA' geplaatst zou worden eerst te hoofdmotor op zijn fundatie in de machinekamer gezet worden. Kleinere machinerieën waren reeds gemonteerd.

(In de vroege ochtend nadert een drijven bok met een ponton met daarop de hoofdmotor.)



( Hoe klein zijn de toekomstige opvarenden bij zo'n enorm gewicht in de takels.)




       ( Het plaatsen van de hoofdmotor voor de "CARDISSA' gezien vanaf de 'CAURICA'.)

Het plaatsen van de hoofdmotor is een stukje vakwerk werk, waarbij een zeer goede communicatie tussen de kraanmachinist op de drijvende bok, de man op het scheepsdek en de man in de machinekamer zeer punctueel en duidelijk moet zijn. Hierbij werden handy-talkies en fluitsignalen gebruikt.

                                                       ( Zie voor verdere opnamen deel 5.)










C-KLASSE NIEUWBOUW SHELL-TANKERS BV. (DEEL 3)

C-KLASSE NIEUWBOUW

SHELL TANKERS B.V. (3)




Ons nieuwbouwteam woonde verspreid over geheel Nederland. Een gedeelte kwam met eigen vervoer en haalde aan het begin van de werkweek hun collega's op die met de trein aankwamen op een afgesproken station. Gedurende de werkweek verbleven we merendeels in een klein familie hotel met een goede keuken en schone kamers met douche en toilet in het centrum van Rotterdam. Vanaf het hotel reden we dan met enige auto's dagelijks naar ons werk en in de avond terug naar het hotel. Daar er op z'n tijd ook het nodige papierwerk van kantoor afgehaald moest worden om op de werf in ons kantoor te worden afgeleverd wist ik al snel een toegangsbewijs voor mijn auto tot op het werfterrein te verkrijgen, wat ik ook gebruikte voor de service-engineers die hun werk met het nodige materiaal aan boord moesten doen.

Na een weekeinde thuis te zijn geweest was het even een vreemd aanzicht om op de Boele-werf in het scheepsdok een veerboot op zijn kant te zien liggen. Hierbij het krantenbericht uit die tijd en een afbeelding.

MILJOENENSCHADE.


TESO-veerboot kantelt in dok.
TEXEL/ROTTERDAM - De ruim 1600 ton metende veerboot 'Marsdiep' van Texels eigen Stoombootonderneming is zaterdagmiddag door nog onbekende oorzaak in het droogdok van de Rotterdamse scheepswerf Boele in Bolnes gehanteld. Daarbij zijn vier werknemeres van Boele gewond geraakt, van wie er nog een in het ziekenhuis ligt. De schade wordt geschat op tenminste een miljoen gulden.

Volgens ooggetuigen begon het schip rond twee uur, tijdens een hevige regen- en onweersbui, plotseling te trillen en kort daarna over te hellen. Een schilder, op dat moment werkzaam aan de scheepshuid, kon door een sprong van ruim vier meter het vege lijf redden. De stelling waarop hij had gestaan werd enkele ogenblikken later verpletterd.


(De veerboot 'Marsdiep' met tenminste 15 graden slagzij in het droogdok van scheepswerf Boele in Bolnes.) [ eigen foto.]

Door de klap stuiterde de 'Marsdiep' terug en gleed vervolgens op de vloer van het droogdok, waarin ze samen met een Libische vrachtvaarder was ondergebracht. Een groot aantal stutblokken drukte door de scheepshuid en veroorzaakte diverse gaten. Het promenadedek raakte ontzet. De eerste voorlopige rapporten melden voorts schade aan de schroeven, het roer en de fundatie van de dieselmotoren. Het interieur is een chaos. Onduidelijk is of het héle schip uit 1962 daterende is verwrongen en als total-loss moet worden beschouwd. De nieuwwaarde schat TESO op 28 à 30 miljoen.

Bij Boele wordt het een geluk genoemd, dat het voor Nederland unieke ongeval op een zaterdag plaats had. Op werkdagen bevinden zich doorgaans enige tientallen mensen aan boord. De gevolgen waren dan ongetwijfeld veel ernstiger geweest.


DE WERF TAM-TAM.

Volgens de onderlinge gesprekken van personeel van de beide werven was het ongeluk te wijten aan een menselijke fout. Voor het verplaatsen van een stelling voor het schilderwerk aan de scheepshuid had men een steun losgekoppeld en deze stelling sneller te kunnen verplaatsen. Zo kunnen kleine ondoordachte handelingen enorme gevolgen hebben!



         ( De 'CARDISSA' zonder opbouw aan de afbouwkade bij de RSV-werf te IJsselmonde.)

Intussen was de CARDISSA ook aan de afbouw kade afgemeerd en hadden we er een object bij gekregen.

DE REDDINGBOTEN.

De reddingboten, twee stuks, zijn van belang om te overleven bij een scheepsramp. Niet alleen als het schip zou zinken, maar vooral bij brand. Staat een tanker in brand dan zal het vuur zich niet alleen beperken tot het schip alleen, maar kan zich ook uitbreiden over de golven rond het schip door uitgestroomde olie. In een open sloep zouden er dan geen overleving kansen zijn.



Aan deze redding/overleving boten, gebouwd bij firma Mulder & Rijke te IJmuiden, werd zelfs tijdens een NOS televisie programma aandacht besteed. Het zijn zelfkerende gesloten boten. Tijdens de proef met één van de boten in een plas van 150 m² brandende kerosine (7000 liter) werd de brandbestendigheid bewezen. Bij deze 10 minuten durende proef, bleef de motor draaien en steeg de binnentemperatuur slechts 5 graden Celcius, terwijl het zuurstofgehalte van de lucht niet merkbaar was verminderd. De boten hebben een eigen sprinkler installatie, waardoor de buitenzijde gekoeld kan worden. De motor voor de voortstuwing is een SABB watergekoelde dieselmotor, type 2 JHR, van 30 pk bij 1900 omwentelingen per minuut bij een snelheid van 6 knopen. De motor is uitgerust met een gesloten zoetkoelwater systeem, zodat deze gestart kan worden voordat de boot in het water ligt. Loskoppelen van het vier systeem kan van binnen uit de boot gebeuren.



Voor deze twee schepen werden reddingboten gebouwd met een lengte van 8,5 meter, een inhoud van 21,2 m³ voor 53 personen.




donderdag 26 juli 2012

C-KLASSE NIEUWBOUW SHELL-TANKERS BV. (DEEL 2)

C-KLASSE NIEUWBOUW

SHELL TANKERS B.V. (2)




Op 24 april 1982 werd bouwnummer 986, de 'CAURICA' gedoopt en te water gelaten te Heusden. De verdere afbouw zou geschieden aan de kade van de Verolme Machine Fabriek nv. te IJsselmonde.


                ( Ik doop u "CAURICA" en wens u en uw opvarenden een behouden vaart.)


Om van Heusden in IJsselmonde te komen had de scheepsromp nog een lange sleepweg te gaan. Van Heusden via de Bergse Maas , waarbij twee bruggen werden gepasseerd; de Heusdense Brug en de Brug Keizersveer, werd vlak voor Moerdijk de Nieuwe Merwede opgevaren.



Bij Werkendam werd de Merwede opgevaren en werd de Sliedrechtse brug gepasseerd. Bij Dordrecht werd de Noord opgevaren om bij Alblasserdam de brug te passeren en daarna de Lek op te varen en bij IJsselmonde de IJssel om daar af te meren aan de kade voor de verdere afbouw van het schip.


( Het m.s. CAURICA aan de kade te IJsselmonde.)




Hier maakten dan voor het eerst de toekomstige opvarenden kennis met hun schip. Bij deze tankvaart rederij was het gebruikelijk dat zodra het schip vorm kreeg en de machinekamer werd ingebouwd, dat er eigen mensen aanwezig waren bij de verdere afbouw.



Op het terrein van de werf hadden we ons eigen container-kantoor met koffie- en omkleed ruimte. Onze outfit bestond uit een zelfde overall en werkschoenen welke door het personeel van de werf werden gedragen, maar we waren herkenbaar aan onze gele veiligheidshelm.

Wat deden we daar? Op de eerste plaats ons vertrouwd maken met de indeling van het schip. Verder het verzamelen van alle informatie over de geplaatste werktuigen aan boord. Deze informatie-instructie materiaal of tekeningen werden verzameld, genummerd naar groep en sub-groep, zodat het later als het schip aan ons was overgedragen aan boord gebruikt kon worden als naslag, informatie, instructie en studie materiaal.

Een ander belangrijk punt was de 'Veiligheid'. De ontwerper/tekenaar achter zijn computer of tekenbord zou nooit met het schip varen en er niet bij stilstaan dat een trap te steil geplaatst is of te smal, leidingen te laag zijn aangebracht, machineriën onlogisch zijn geplaatst zodat onderhoud moeilijk is. Al onze punten werden overlegd met de werf en daar waar mogelijk alsnog aangepast en daar ook later bij de afbouw van de "CARDISSA" rekening mee te houden. We wisten een goede verstandhouding te creëren met het RSV-personeel. Later zouden we in overleg de juiste en goed bereikbare plaatsen zoeken voor de zware reserve onderdelen van de hoofdmotor.


Intussen vorderde de bouw van nummer 987 ook volgens planning en zo werd op zaterdag 28 augustus 1982 de "CARDISSA"gedoopt en te water gelaten om later ook versleept te worden naar IJsselmonde voor verdere afbouw.





( Afbeeldingen van de doop "CAURICA"en tewaterlating "CARDISSA" gekregen van de chef-nieuwbouw RSV-werf te Heusden.)



woensdag 25 juli 2012

C-KLASSE NIEUWBOUW SHELL-TANKERS BV. (DEEL 1)

 
M.S. CAURICA en M.S.CARDISSA 

NIEUWBOUW. (1)




Het was in oktober 1980, dat de kranten er uitgebreid aandacht aan hadden besteed met vette koppen: "Shell bestelt bij RSV twee tankers".

( Deze Nederlandse Tankvaart Maatschappij bestaat niet meer, nadat Londen alle tankvaart operaties naar zich toe had getrokken. Deze vloot voer destijds wereldwijd en stond bekend voor zijn kwaliteit, veiligheid en goede kennis van haar opvarenden.)

De Rijn-Schelde- Verolme Groep krijgt een order van 140 miljoen voor de bouw van twee produkten tankers voor Shell Tankers. BV. te bouwen op de RSV werf te Heusden. De schepen komen onder Nederlandse vlag te varen voor het vervoer van smeerolie produkten.
De schepen zullen zijn voorzien van de classificatie Lloyds + 100A1, zodat ze zowel olie- als chemicaliëntanker dienst kunnen doen. Het zijn enkelschroefs-tankers met een diesel (zware brandstof) hoofdmotor van het merk Schelde-Sulzer 5RLB66 welke zorgt voor de aandrijving van een Lips scheepsschroef met verstelbare bladen.




( Het bouwnummer 986 welke later de naam m.s. CAURICA zal dragen op de RSV-werf te Heusden. 03-07-1981.)

De schepen zullen een lengte krijgen van 170 meter bij een breedte van 22,7 meter. Bij geladen toestand zullen ze een diepgang hebben van 9,15 meter, zodat ze ook kleinere havens kunnen aandoen. Het totale draag vermogen zal 19.900 ton bedragen.
De hoofdmotor zal een vermogen hebben van 9875 bhp. bij 135 omwentelingen per minuut. De service snelheid zal in geladen toestand 14,6 zeemijlen per uur zijn.



( De romp van het m.s. CAURICA nog zonder boeg op de helling van de RSV-werf te Heusden. 15-12-1981.)

Het lading gedeelte is als volgt verdeeld:
2 tanks van 555 m³, 3 tanks van 1100 m³, 10 tanks van 710 m³, 2 tanks van 100 m³, 2 tanks van 830 m³, 2 tanks van 1380 m³, 2 tanks van 1650 m³ en zes tanks van 940 m³ (inclusief 2 sloptanks). Ieder tank heeft zijn eigen hydraulisch aangedreven dompel-pomp. Al de afsluiters bevinden zich zodoende op het hoofddek. In het voorruim is plaats voor 300 drummen.




( Het m.s. CAURICA begint het aanzien van een tanker te krijgen terwijl aan de linkerzijde van haar de bouw van bouwnummer 987 het latere m.s. CARDISSA, het zusterschip, aardig opschiet.)

De opbouw bestaat uit 5 dekken, inclusief het stuurhuis.




De bediening van de machinekamer en bewaking hiervan, zoals de hoofdmotor, generatoren en andere noodzakelijke machinerieën, geschiedt vanuit de airconditioned controlekamer op het eerste dek van de opbouw. Op dit dek bevinden zich verder de algemene kantoorruimte, het kantoor van de gezagvoerder, het kombuis, de eetsalon, rooksalon en scheepsbar.



Op de overige dekken is de accommodatie van de bemanning en de officieren aangebracht. Iedere opvarende heeft hier zijn eigen zit-slaaphut met eigen koelkast, douche, toilet en wastafel. Verder heeft ieder hut een kleine schrijftafel met stoel en een gemakkelijke zit stoel en bank. Verder zijn er een ruimten voor ontspanning zoals een tafeltennisruimte en een sport ontspanningsruimte. Buiten de accommodatie is een klein zwembad. Alleen dat staff-officieren hebben een gescheiden zit-slaaphut.


Het zou dan 1982 zijn dat er eindelijk weer eens twee nieuwe schepen aan de Nederlandse Shellvloot toegevoegd zouden worden.

Het laatste schip dat op de Verolme-werf te Botlek was gebouwd voor S.T.B.V. was in 1975 het het s.ts. Lepton een vlcc. van 318.938 ton. Het schip werd in 1985 te Incheon te Zuid-Korea gesloopt.



( Deze afbeeldingen heb ik gekregen van de chef-nieuwbouw van de RSV-werf te Heusden.)











zaterdag 14 juli 2012

MEREL JONGEN UITGEVLOGEN VAN NEST.

Verscholen tussen het groen dat de schutting overwoekerd hadden merels een nest gebouwd boven op een vogelhuisje. Alleen het af- een aanvliegen naar het nest duide erop dat er leven was.




Ondanks dat ik er regelmatig vlak langs moest trokken de vogels zich niets van me aan. Ze voelden zich veilig. Zo was het mogelijk in een onbewaakt moment, waarin de ouders voedsel aan het zoeken waren voor hun jongen, er een paar afbeeldingen van te maken.
Bij het maaien van het gazon wipten ze vlak achter me aan om hun maaltje op te pikken.



Vanochtend zijn de drie jonge merels, tussen twee zware regenbuien door, uitgevlogen. Het had gisterenmiddag niet veel gescheeld of ze hadden een aanval van een Vlaamsegaai niet overleefd. Het mannetje leverde een ware luchtslag met de Vlaamsegaai en heeft er wat veren bij moeten laten. Uiteindelijk heb ik zelf maar even geholpen deze aanvaller te verdrijven.






Het merel echtpaar heeft het nu druk om hun in de tuin verspreide jonge kroost bij te voeren tot ze volledig zelfstandig zijn





Het nest ligt er nu verlaten bij en wordt reeds ingebruik genomen door de huismussen om de nacht door te brengen en te schuilen tegen de regen.







woensdag 11 juli 2012

ROODBORSTJES TERUG IN WIJNKRUIK.

Het was na enige tijd afwezig te zijn geweest thuis en zodoende ook niet in de achtertuin te zijn geweest een verassende ontdekking, dat de roodborstjes de oude wijnkruik weer bewoonden.
Ik had niet verwacht ze nog terug te zien nadat hun nest eerder (Roodborstje als kraker 02-06-2012) verwoest was door een andere vogel.










(Rustig wachtend met voer in haar bek of er geen vreemde vogels in de buurt zijn.)





( Ze woonden heel gelukkig een een oude [ Keulse pot] wijnkruik.)

Het was als snel duidelijk dat ze intussen jongen hadden gekregen, daar het een druk aan- en afvliegen was met voeding voor hun kroost.
Verscheidene keren me met de camera verdekt opgesteld om wat opnamen te maken, maar ze waren me steeds te vlug af.


Gisterenmiddag toen ik in de achtertuin wat aan het opruimen was zijn er drie jonge vogels uitgevlogen na een lokkend gefluit van de ouders. Helaas had ik mijn camera niet klaar liggen. Het nest in de kruik is nu verlaten. Ze zijn de wijde wereld in gevlogen.











Kizoa slideshow: ROODBORSTNEST IN KRUIK. - Slideshow


Nu is het wachten op het uitvliegen van de jonge merels in een nest tussen het groen tegen de tuinschutting, want ook hun ouders vliegen af- en aan met voedsel.